Aan de Solweg van Vledder naar Doldersum (ter hoogte van het transformatorhuisje) was er, vanaf ongeveer 1930, een woonwagenkamp. Het kamp was uiterst sober ingericht, er was nauwelijks bestrating, geen elektriciteit en dus ook geen verlichting en geen toiletvoorziening (daarvoor had iedereen een eigen emmer of men liep een eindje het bos in).
Er waren vier of vijf vaste bewoners van het kamp, de overige plekken werden door rondtrekkende woonwagenbewoners ingenomen.
Vaste bewoners waren:
– Niklaas en Hendrikje Bakker en hun dochter Hennie.
– Meindert Beun en Roelofje de Vries (Roelofje werd stiekem “Oellechie” genoemd)
– Chris de Vries
– familie Georg: Ludwig Georg (1904) met zijn vrouw Josephine (1902) en hun kinderen Edi (1928), Johanna (1929), Frieda (1930) en Clara (1931)
– familie Kallenkote
In de loop van 1953 worden er een aantal verbeteringen doorgevoerd. Zo kwam er elektriciteit.
De bode van de gemeente, Jaap van Rijsten, ging iedere week op de fiets langs het kamp om de kosten van de verbruikte elektriciteit te innen. Meestal ging het om een paar dubbeltjes of kwartjes.
Eind jaren ’60 was het beeld dat er regionale woonwagenkampen zouden moeten komen. Zo kwam er een woonwagencentrum bij Hoogeveen. Waarbij ook voorzieningen als scholen gerealiseerd werden. Het kamp aan de Solweg werd rond 1969 gesloten.
In de jaren ’80 ging men weer over naar decentralisatie. Vele dorpen kregen weer hun kregen standplaats, gewoon tussen de bestaande bebouwing. In Vledder was het plan om dat te realiseren achter de Vledderweg (Bosbouwkamp). De aanwijzing van deze pek leidde tot een inspraak avond in de Tippe welke een zeer emotioneel verloop kende. Uiteindelijk werd er gekozen voor een andere locatie: de Rolle.
In KerspelStokkies nr. 23, mei 2011 staat een uitgebreid verhaal over het woonwagenkamp.
In KerspelStokkies nr. 28, december 2012 staat een verhaal over Meindert Beun.
Laatste aanpassing: 24 november 2023